Nieuws
29
Werking Natuurschoonwet 1928 op enkele punten verbeterd
De Beleidsregel openstelling landgoederen Natuurschoonwet 1928 en de Regeling aanwijzing natuurtypen en landschapselementtypen Natuurschoonwet 1928 zijn gepubliceerd. De beleidsregel en de regeling vormen een uitwerking van de Natuurschoonwet (NSW).
Het doel van de Natuurschoonwet is om door middel van fiscale faciliteiten te stimuleren dat de eigenaren van landgoederen het landgoed in stand houden en daarmee een bijdrage leveren aan het behoud van het natuurschoon. Deze fiscale faciliteiten betreffen de erfbelasting, de schenkbelasting, de overdrachtsbelasting, de onroerendezaakbelasting, de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting. Met betrekking tot de eerste twee faciliteiten gelden extra voordelen indien het landgoed is opengesteld.
Beleidsregel openstelling landgoederen Natuurschoonwet 1928
Deze Beleidsregel openstelling landgoederen Natuurschoonwet 1928 vervangt het zogenaamde Openstellingsbesluit. Aanleiding voor de publicatie van deze nieuwe beleidsregel is een evaluatie van de Natuurschoonwet, waaruit naar voren kwam dat het Openstellingsbesluit op verschillende punten nog verbeterd kan worden.
De nieuwe beleidsregel beoogt duidelijk te maken welke afweging wordt gemaakt bij een verzoek om in aanmerking te komen voor goedkeuring van de door een eigenaar van een landgoed op te stellen openstellingsregels. Indien de openstellingsregels zijn goedgekeurd krijgt een landgoed de status van een opengesteld landgoed en wordt voor de erf- en schenkbelasting uitgegaan van een waarde welke op nihil wordt gesteld.
Regeling aanwijzing natuurtypen en landschapselementtypen Natuurschoonwet 1928
De Natuurschoonwet verstaat onder 'landgoed' een geheel of gedeeltelijk met natuurterreinen, bossen of andere houtopstanden bezette onroerende zaak (daaronder begrepen die waarop een buitenplaats of andere, bij het karakter van het landgoed passende, opstallen voorkomen) voor zover het blijven voortbestaan van die onroerende zaak in zijn karakteristieke verschijningsvorm voor het behoud van het natuurschoon wenselijk is.
Om natuurschoon in stand te houden is een systeem ontwikkeld waarin een onroerende zaak op verzoek door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de staatssecretaris van Financiën wordt aangemerkt (gerangschikt) als een landgoed. De voorwaarden voor NSW-rangschikking van een landgoed zijn nader uitgewerkt in het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928.
De voorwaarden voor NSW-rangschikking hebben onder meer betrekking op de minimale oppervlakte van het landgoed, het minimale percentage natuurterreinen en de aard van die natuurterreinen. In het rangschikkingsbesluit is bepaald dat de definitie van natuurterreinen invulling krijgt bij ministeriële regeling. De nu gepubliceerde regeling voorziet in het aanwijzen van natuurtypen en landschapselementtypen die vallen onder de definitie van natuurterreinen.
Contactgegevens
InnoFunding B.V.
Nieuwe Gracht 7
2011 NB Haarlem
Mail: info@innofunding.nl