Nieuws
26
SPUK-geld beëindiging veehouderijlocaties voor provincies
De regeling is enerzijds gericht op het realiseren van een structurele, blijvende reductie van de stikstofbelasting en stikstofemissie vanuit veehouderijlocaties en anderzijds op het op vrijwillige basis sluiten van veehouderijlocaties om beweging te krijgen in provinciale gebiedsprocessen die gericht zijn op het realiseren van opgaven voor stikstof, water, klimaat en natuur.
De regeling is gericht op de provincies die, met gebruikmaking van de middelen die op basis van deze regeling beschikbaar gesteld worden, een regeling openstellen voor veehouders die hun veehouderijlocatie geheel of gedeeltelijk willen beëindigen. Daarbij moet het gaan om een veehouderijlocatie:
- waarbij de emissiereductie, die met de (volledige of gedeeltelijke) sluiting wordt gerealiseerd, voldoet aan de voor de desbetreffende veehouderijlocatie van toepassing zijnde drempelwaarde; én
- die is gelegen in bepaalde gebieden (veenweidegebieden, zandgronden, overgangsgebieden N2000-gebieden en beekdalen).
De specifieke uitkering kan alleen worden gebruikt voor een provinciaal subsidie-instrument waarmee subsidie wordt verstrekt aan een veehouderij voor de onomkeerbare volledige of gedeeltelijke sluiting van een veehouderijlocatie. De subsidie voor de onomkeerbare volledige of gedeeltelijke sluiting van een veehouderijlocatie heeft betrekking op de volgende onderdelen:
- het geheel of gedeeltelijk laten vervallen van productierecht voor zover sprake is van een veehouderij met productierecht;
- het waardeverlies van de gebruikte productiecapaciteit als gevolg van de onomkeerbare gehele of gedeeltelijke sluiting van de veehouderijlocatie;
- het afbreken en verwijderen van de voor de veehouderij op de veehouderijlocatie gebruikte productiecapaciteit;
- leges voor vergunningen en het voeren van planologische procedures in verband met het geheel of gedeeltelijk sluiten van productiecapaciteit;
- de inhuur van bepaalde deskundigen in verband met het geheel of gedeeltelijk sluiten van productiecapaciteit, tot een maximum van € 5000 per veehouderijlocatie.
De subsidie bedraagt steeds 100% van de subsidiabele kosten. Voor de regeling is in totaal € 140 miljoen beschikbaar, waarvan € 109.874.998 voor sub-plafond A en € 30.125.002 voor sub-plafond B.
Aanvragen kunnen worden ingediend bij het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. Voor het gedeelte van de uitkering uit sub-plafond A kan een aanvraag worden ingediend van 2 december 2024 tot en met 28 februari 2025. Voor het gedeelte van de uitkering uit sub-plafond B wordt binnen achttien maanden na inwerkingtreding van de regeling de verdeelsleutel bepaald. Op dat moment wordt ook de aanvraagperiode vastgesteld.
Terug naar overzichtContactgegevens
InnoFunding B.V.
Nieuwe Gracht 7
2011 NB Haarlem
Mail: info@innofunding.nl