Twwede openstelling Subsidieregeling extra hulp voor de klas

Er is een wijziging van de Subsidieregeling extra hulp voor de klas (EHVDK) gepubliceerd. De regeling wordt opnieuw opengesteld en is nu ook van toepassing op instellingen in het hoger onderwijs. Ook is de looptijd van de regeling verlengd.

Hoger onderwijs
Voor het eerste aanvraagtijdvak was het hoger onderwijs niet opgenomen in de subsidieregeling, maar in de Subsidieregeling coronabanen in het hoger onderwijs (CBHO). Voor het tweede aanvraagtijdvak maakt het hoger onderwijs onderdeel uit van de Subsidieregeling extra hulp voor de klas.

Voor het hoger onderwijs worden, om de belasting voor instellingen te beperken, componenten uit de Subsidieregeling coronabanen in het hoger onderwijs waar nodig meegenomen en ingevoegd. Voor het hoger onderwijs is de continuïteit in activiteiten belangrijk. Om die reden start het tweede tijdvak voor het hoger onderwijs op 1 juli 2021. Dit sluit dan aan op de einddatum van het eerste tijdvak, 30 juni 2021, van de Subsidieregeling coronabanen in het hoger onderwijs.

Tweede aanvraagtijdvak
Alle regio’s en instellingen moeten indien zij in aanmerking willen komen voor subsidie in het tweede tijdvak een aanvraag indienen ongeacht of zij dit al voor het eerste tijdvak hebben gedaan. Aanvragen kunnen van 1 mei 2021 tot en met 1 juni 2021 (primair en voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs) en van 1 mei 2021 tot en met 31 augustus 2021 (hoger onderwijs) worden ingediend bij de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I).

De volgende deelplafonds zijn vastgesteld voor het tweede tijdvak:

• primair onderwijs en primair onderwijs BES: € 102 miljoen;
• voortgezet onderwijs en voortgezet onderwijs BES: € 56 miljoen;
• middelbaar beroepsonderwijs en middelbaar beroepsonderwijs BES: € 52 miljoen;
• hoger onderwijs: € 30 miljoen.

Over de regeling
Het doel van de Subsidieregeling extra hulp voor de klas is het verstrekken van een tegemoetkoming in de extra kosten die scholen of instellingen tijdelijk maken om de continuïteit van het onderwijs tijdens de uitbraak van COVID-19 te kunnen waarborgen.