Subsidieregeling Impuls Muziekonderwijs gepubliceerd

Het Fonds voor Cultuurparticipatie heeft de 'Deelregeling Impuls muziekonderwijs PO 2015–2020' gepubliceerd. Met de regeling kunnen subsidies worden verstrekt voor het realiseren van een duurzame inbedding van kwalitatief goed muziekonderwijs in het basisonderwijs. Dit betreft de deskundigheidsbevordering van de mensen die voor de klas staan, het structureel verzorgen van muziekonderwijs onder schooltijd en het vormen van verbindingen tussen binnenschoolse en buitenschoolse muziekeducatie. 
Een schoolbestuur, gevestigd in Nederland, kan voor één of meerdere locaties een subsidieaanvraag indienen. Per locatie moet een aparte aanvraag worden ingediend. Een aanvraag gaat vergezeld van onder meer een samenwerkingsovereenkomst met minimaal één lokale of regionale culturele instelling met muziekexpertise.
 
De hoogte van de subsidie bedraagt, voor een periode van drie schooljaren:

voor locaties met een leerlingenaantal tot en met 99 leerlingen: € 10.000;
voor locaties met een leerlingenaantal tussen de 100 en 199 leerlingen: € 15.000;
voor locaties met een leerlingenaantal van 200 leerlingen en meer: € 20.000.

Voor de regeling zijn de volgende subsidieplafonds en aanvraagtijdvakken vastgesteld:

het subsidieplafond bedraagt € 5.000.000 voor het aanvraagtijdvak 1 november 2015 tot 1 april 2016. Dit plafond is bestemd voor de schooljaren 2016–2017, 2017–2018 en 2018–2019;
het subsidieplafond bedraagt € 6.000.000 voor het aanvraagtijdvak 2 oktober 2016 tot 1 april 2017. Dit plafond is bestemd voor de schooljaren 2017–2018, 2018–2019 en 2019–2020;
Het subsidieplafond bedraagt € 5.750.000 voor het aanvraagtijdvak 2 oktober 2017 tot 1 april 2018. Dit plafond is bestemd voor de schooljaren 2018–2019, 2019–2020 en 2020–2021.

Het aanvraagformulier wordt binnenkort beschikbaar gesteld door het Fonds voor Cultuurparticipatie. Het fonds zal aanvragen in volgorde van ontvangst behandelen.
 
Subsidie kan uitsluitend worden toegekend, als de subsidieaanvrager minimaal eenzelfde bedrag bijdraagt aan de totale projectkosten als het te ontvangen subsidiebedrag. De subsidieaanvrager doet dit door:

minimaal 40% van het subsidiebedrag in financiële zin bij te dragen, en
maximaal 60% van het subsidiebedrag bij te dragen door een gekapitaliseerde inzet van eigen personeel voor de uitvoering van het project. Dit wordt vastgelegd in het takenbeleid van de locatie.

Reeds bestaande activiteiten op het gebied van muziekonderwijs binnen de locatie komen niet in aanmerking voor subsidie. Maximaal 15% van de subsidie moet worden besteed aan materiaalkosten, zoals aanschaf of huur van muziekinstrumenten en lesmaterialen.