Nieuws
14
EIA evaluatie: strenger in toekomst, uitbreiding Energielijst 2023
In de periode 2017-2021 zijn ruim 95.000 EIA-aanvragen ingediend door 45.000 belastingplichtigen. Deze aanvragen betreffen in totaal bijna € 6 miljard aan energiebesparende investeringen. Het geschatte fiscale voordeel voor het bedrijfsleven schommelt over de jaren heen rond een gemiddelde van ongeveer € 142 miljoen en telt op tot een totaal van ongeveer € 712 miljoen. Gemiddeld genomen bedraagt het netto fiscale voordeel ongeveer 12% van het investeringsbedrag.
Doeltreffendheid
De EIA is volgens SEO en CE Delft waarschijnlijk beperkt doeltreffend. Om deze conclusie te bereiken, hebben SEO en CE Delft verschillende evaluatiemethoden gecombineerd: een enquête onder ondernemers en een econometrische analyse.
Uit de evaluatie volgt een percentage freeriders van ongeveer 52%. Dit is het percentage ondernemers dat investeringen in technieken op de Energielijst ook gedaan zouden hebben bij afwezigheid van enige mate van stimulering (dus zonder de EIA). Dit percentage verschilt in belangrijke mate tussen technologieën, eenmanszaken en bedrijven. De EIA heeft vooral toegevoegde waarde (en dus effect) voor technieken in de vroege fase van introductie.
Bij meer reguliere technieken is dit effect kleiner en in sommige gevallen afwezig. Ook lijkt het additionele effect van de EIA kleiner voor bedrijven in de industriesector.
De financiële prikkel (het fiscale voordeel van de EIA) en de attentiewaarde van de maatregelen op de Energielijst dragen beide bij aan het effect om investeringen in energiezuinige technieken te stimuleren. De attentiewaarde van de Energielijst speelt volgens de onderzoekers echter een belangrijkere rol. Het precieze EIA percentage is dus in beperktere mate bepalend voor de effectiviteit van de regeling. Nadere analyse van terugverdientijden in relatie tot de geboden financiële prikkel leert verder dat het exacte EIA-percentage maar een beperkte invloed heeft op het aantal projecten dat over de drempel wordt getrokken.
Doelmatigheid en kwaliteit uitvoering
De onderzoekers concluderen dat de EIA in algemene zin een doelmatig instrument is voor vermindering of vermijding van broeikasgassen. De doelmatigheid van de EIA voor de overheid omvat de budgettaire derving en de uitvoeringskosten (van RVO en de Belastingdienst) afgezet tegenover de geleverde prestatie.
Aanbevelingen van het evaluatierapport voor de EIA
De onderzoekers geven vier aanbevelingen gericht op de doeltreffendheid van de EIA en drie aanbevelingen gericht op de doelmatigheid van de EIA. Deze aanbevelingen zijn:
- gericht op de doeltreffendheid van de EIA:
- percentage free riders beperken door de Energielijst strikter te actualiseren;
- scherpere afbakening van de doelgroep door grens van de maximale investering voor de EIA te verlagen of door bij de keuze voor de technieken op de Energielijst sterker te sturen op technieken die toepasbaar zijn in het middenbedrijf;
- onderzoek bij een volgende evaluatie van de EIA of de EIA een verschillend effect heeft op (a) kleine en grote bedrijven en (b) bedrijven in verschillende sectoren;
- experimenteer met een beperkt aantal bedrijfsmiddelen in differentiatie van het aftrekpercentage.
- gericht op de doelmatigheid van de EIA:
- verlaag het aftrekpercentage van de EIA. Hiermee wordt tevens getoetst of een verlaging een omslagpunt kent. Het aantal aanvragen zou hierbij goed gemonitord moeten worden;
- onderzoek de vraag naar de meest effectieve manier om energiebesparing te bevorderen: een fiscale regeling of een directe subsidie;
- breng de relatie met vergelijkbare stimuleringsregelingen voor energiebesparing en vermindering van broeikasemissies in kaart en baken dit scherp af met als doel om de doelmatigheid van de EIA te vergroten.
Het kabinet onderschrijft op hoofdlijnen de conclusies uit het rapport. Ook de conclusie dat de EIA waarschijnlijk beperkt doeltreffend is en de meeste toevoegde waarde heeft voor de grotere MKB-bedrijven. Het kabinet ziet alles overziende voldoende reden om de EIA voort te zetten en de horizonbepaling te verlengen van 1 januari 2024 naar 1 januari 2029. Dit zal worden opgenomen in het Belastingplan 2024.
Omdat de onderzoekers hebben aangegeven geen eenduidige conclusie te kunnen trekken over de keuze voor een fiscale faciliteit of een directe subsidie, zal het kabinet een nader onderzoek instellen naar de wenselijkheid van een fiscale faciliteit boven een directe subsidie. De uitkomst van dit onderzoek wordt in de zomer van 2024 verwacht. Op basis van dit onderzoek kan het kabinet besluiten of de EIA als fiscale faciliteit blijft bestaan of zal worden omgevormd tot een directe subsidie. Indien wordt besloten tot omvorming naar een directe subsidie, dan zal hiervoor niet dienen te worden gewacht tot het eind van de horizonbepaling (2029) van de EIA.
De overige aanbevelingen in het rapport plaatst het kabinet in het licht van de huidige budgettaire ontwikkelingen van de EIA. Zowel het aantal aanvragen als de aangemelde investeringsbedragen nemen relatief fors toe waardoor sinds 2021 het budget substantieel wordt overschreden. Deze actuele ontwikkeling speelt zich af buiten de periode waar de evaluatie betrekking op heeft. Het kabinet zal vanaf 2024 zowel het huidige aftrekpercentage van 45,5% als het maximale investeringsbedrag van € 136 miljoen (stand 2023) verlagen.
Het kabinet neemt deze zomer een besluit over de precieze hoogte van het nieuwe aftrekpercentage en het maximale investeringsbedrag. Beide voorstellen zullen in het Belastingplan 2024 worden opgenomen.
Het kabinet zal conform de aanbevelingen van de onderzoekers de Energielijst strikter actualiseren door te bezien of en in hoeverre de nadruk voor stimulering in toenemende mate kan worden gelegd op opties die vooral het middenbedrijf
faciliteren zonder het generieke karakter van de regeling te schaden of bijvoorbeeld door zich meer te richten op technieken met een langere terugverdientijd.
Verruiming EIA in 2023
In de brief wordt ook een wijziging aangekondigd in de Energielijst van dit lopende jaar, waardoor investeringen in warmte-infrastructuurprojecten, energiebesparingsopties voor de glastuinbouw en CCS-projecten, alsnog in aanmerking komen voor de EIA.
Zie voor de Kamerbrief: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2023/07/14/kabinetsreactie-op-de-uitkomsten-van-de-evaluatie-van-de-energie-investeringsaftrek-eia
Terug naar overzichtContactgegevens
InnoFunding B.V.
Nieuwe Gracht 7
2011 NB Haarlem
Mail: info@innofunding.nl