Nieuwe FCP-regeling 'erfgoed maken' gepubliceerd

Het Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP) heeft de Regeling erfgoed maken (EMFCP) gepubliceerd.

Met deze nieuwe regeling stimuleert het fonds projecten waarin aanvragers activiteiten ontwikkelen om immaterieel erfgoed toekomstbestendig te maken, om lokale erfgoed- en vrijwilligersorganisaties te versterken of om iedereen met erfgoed in aanraking te brengen door educatie. In totaal is er voor de regeling een budget van € 5.920.000 beschikbaar. De regeling kent twee onderdelen: 'Erfgoed met effect' en 'Talentontwikkeling ambachten: meester-gezeltraject'.

Erfgoed met effect
Op grond van dit hoofdstuk kan subsidie worden aangevraagd voor een project op het gebied van immaterieel erfgoed, erfgoedvrijwilligers of erfgoededucatie, waarin deelnemers een relevante stap zetten in de ontwikkeling van zichzelf of hun organisatie. Met het zetten van zo'n stap wordt een bepaald effect bereikt. Het fonds vindt het belangrijk dat meer of nieuwe groepen personen actief deelnemen aan erfgoed. Daarom is het bereiken van dit effect in elk project verplicht. Er zijn projecten van verschillende omvang te onderscheiden. Voorafgaand aan een groot project is het mogelijk subsidie voor een verkenning aan te vragen.

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een in het Koninkrijk der Nederlanden gevestigde:

• stichting of vereniging zonder commercieel winstoogmerk, die zich inzet voor erfgoed, cultuurparticipatie of cultuureducatie, of die een erfgoedgemeenschap vertegenwoordigt;
• zelfstandige erfgoedprofessional met aantoonbare ervaring van minimaal drie jaar, die zich inzet voor actieve erfgoedparticipatie of -educatie.

Met de bepalingen in dit hoofdstuk stimuleert het fonds projecten die gericht zijn op het zetten van een of meerdere ontwikkelstappen voor het bereiken van de volgende effecten:

• effect a: meer of nieuwe groepen personen nemen actief deel aan erfgoed;
• effect b: deelnemers aan erfgoed voelen zich door deelname onderling meer verbonden;
• effect c: de organisatie wordt meer zelfredzaam;
• effect d: deelnemers ontwikkelen meervoudige perspectieven op de waarde en de betekenis van erfgoed;
• effect e: deelnemers gebruiken erfgoed als inspiratie of bronmateriaal om cultuur mee te maken;
• effect f: deelnemers hebben zeggenschap over het interpreteren, waarderen en representeren van erfgoed waarmee zij zich verbonden voelen;
• effect g: de activiteiten dragen bij aan een betere leefomgeving.

Het fonds stimuleert projecten van verschillende omvang, te weten:

• categorie 1: projecten die een verkenning zijn voor een toekomstig project, of voor projecten die in elk geval effect a bereiken;
• categorie 2: projecten op het gebied van immaterieel erfgoed, erfgoedvrijwilligers of erfgoededucatie die aansluiten op de te bereiken effecten, waarin naast effect a minstens één ander effect wordt bereikt;
• categorie 3: projecten op het gebied van immaterieel erfgoed, erfgoedvrijwilligers of erfgoededucatie die aansluiten op de te bereiken effecten, waarbij naast effect a minstens vier andere effecten bereikt worden.

De subsidie bedraagt:

• voor een project in categorie 1: maximaal 100% van de totale projectkosten en minimaal € 1000 en maximaal € 5000 per project;
• voor een project in categorie 2: maximaal 80% van de totale projectkosten en minimaal € 5000 en maximaal € 25.000 per project;
• voor een project in categorie 3: maximaal 50% (aanvrager gevestigd in Europees deel van Nederland) en maximaal 80% (aanvrager gevestigd in Caribisch deel Koninkrijk) van de totale projectkosten en minimaal € 25.000 en maximaal € 75.000 per project.

Talentontwikkeling ambachten: meester-gezeltraject
Dit hoofdstuk richt zich op talentontwikkeling op het gebied van ambachten die verloopt via een Meester-Gezeltraject. Het fonds onderzoekt of dergelijke trajecten bijdragen aan het stimuleren van kennisoverdracht, de (door)ontwikkeling en het levend houden van ambachten. Subsidie op basis van dit hoofdstuk is niet bedoeld voor beoefenaars die zich beginnen te bekwamen in een ambacht (leerlingen zonder enige ervaring of starters).

Subsidie kan worden aangevraagd door de Gezel (een natuurlijk persoon woonachtig in het Koninkrijk der Nederlanden). Als twee Gezellen tegelijkertijd bij een Meester een traject volgen, besluiten zij onderling wie de aanvrager is.

Het talentontwikkelingstraject is gericht op het vakbekwamer maken van een Gezel in een Meester-Gezelconstructie, waarbij de Meester de eigen ambachtelijke kennis, kunde, beroepshouding en vaardigheden overdraagt aan de Gezel. Meester en Gezel of Gezellen stellen gezamenlijk een projectplan op met een opleidingsplan met doelen, planning en looptijd. Daarnaast stellen zij een samenwerkingsovereenkomst en een begroting op. Een Meester kan in één traject maximaal twee Gezellen onder de hoede nemen.

De subsidie bedraagt maximaal 100% van de projectkosten en minimaal € 10.000 en maximaal € 25.000 per project.

Aanvragen
Aanvragen kunnen worden ingediend bij het Fonds voor Cultuurparticipatie. Aanvragen voor Erfgoed met effect kunnen worden ingediend van 14 maart 2022 tot en met 31 juli 2024. De aanvraagperiode voor Talentontwikkeling ambachten loopt van 3 oktober 2022 tot en met 2 november 2022.