Nieuws
7
‘MIA niet bepalend voor aanschaf van elektrische taxi’
Om de aanschaf van uitstootvrije personenautotaxi’s en taxibussen fiscaal
aantrekkelijker te maken is, gelijktijdig met de afschaffing van de
bpm-teruggaaf voor taxi’s en openbaar vervoer, per 1 januari 2020 stimulering
via de MIA geïntroduceerd. Onderzoekers van CE Delft hebben nu onderzoek gedaan
naar de werking van de MIA voor dit type vervoer.
Conclusies onderzoek
Ondernemers hebben met de MIA sinds 2020 gemiddeld een netto voordeel van
tussen de € 2250 en € 2700 op de aanschaf van een uitstootvrije
personenautotaxi. Het gemiddelde voordeel voor een uitstootvrije taxibus
bedraagt sinds 2020 tussen de € 3250 en € 3750. Er zijn in 2020 in totaal 336
uitstootvrije personenautotaxi’s en taxibussen aangeschaft waarvoor de MIA is
toegekend. Dit gaat om 86 personenautotaxi’s en 250 taxibussen.
De MIA stimuleert milieu-innovaties door ondernemers een gedeeltelijke tegemoetkoming
te geven voor de meerkosten van een innovatief en duurzaam bedrijfsmiddel ten
opzichte van het gangbare alternatief. Dit verlaagt de Total Cost of Ownership
(TCO) van uitstootvrije personenautotaxi’s en taxibussen. Wanneer de MIA wordt
meegenomen in de TCO-berekening blijkt dat kleine uitstootvrije taxibussen
daadwerkelijk competitiever worden dan de dieselvariant. Het MIA-voordeel dat
de ondernemer ontvangt, is € 2610 (klein formaat), € 3568 (middel formaat) en €
5103 (groot formaat) voor de taxibussen, in het geval van een belastingtarief
van 25%. Voor het middel- en grootformaat brengt de MIA de TCO’s van de
uitstootvrije en dieselvariant meer bij elkaar in de buurt. Bij kleinere
uitstootvrije personenautotaxi’s is het financiële voordeel van de MIA een
relatief klein deel van de aanschafprijs. Bij kleine uitstootvrije personenautotaxi’s
is de TCO zonder de MIA al gunstiger dan van de dieselvariant.
Uit interviews komt naar voren dat hoewel de MIA door vervoerders wordt
gewaardeerd, door flankerend beleid deze vaak niet doorslaggevend was in de
investeringsbeslissing. Ook blijkt uit het onderzoek dat een klein deel van de
ondernemers niet altijd de maximale tegemoetkoming aanvraagt. Vervoerders
ervaren het als nadeel dat het uitkeren van de MIA afhankelijk is van de winstgevendheid
van het bedrijf. Een regeling (subsidie) waarvan de omvang bij aankoop van het
voertuig al bekend is en vaststaat zou naar eigen zeggen hun aankoopbeslissing
sterker beïnvloeden. Hierbij speelt mee dat de coronacrisis sterk op deze
winsten heeft gedrukt.
Volgens meerdere geïnterviewden hebben de ten tijde van het onderzoek
bekende uitstootvrije taxibussen in 2020, die geschikt zijn voor meerdere
rolstoelen, een actieradius van ongeveer 120 kilometer. Dit is te laag om de voertuigen
praktisch inzetbaar te maken. Het aanbod van deze uitstootvrije rolstoelbusjes
is ten opzichte van conventionele varianten nog beperkt, maar neemt wel steeds
toe. Met de nieuwere automodellen blijkt een stap naar regiovervoer wel
mogelijk, omdat deze ook significant grotere actieradius hebben.
Aanbevelingen onderzoek
Om de transitie naar uitstootvrij taxivervoer te versnellen zou overwogen
kunnen worden om een andere financiële tegemoetkoming dan de MIA te gebruiken
voor het taxivervoer, die niet afhankelijk is van het bedrijfsresultaat en die
directer aangrijpt op het moment van de investeringsbeslissing. Mogelijk kan de
effectiviteit van de MIA met betrekking tot uitstootvrij taxivervoer worden
vergroot indien aanmelders (met name voor personenbussen) door de Rijksdienst
voor Ondernemend Nederland (RVO) worden gewezen op het maximale subsidiebedrag
dat kan worden aangevraagd. Een alternatief is om de voorlichting/informatie
over de maximale hoogte van de fiscale tegemoetkoming per voertuigtype te
verbeteren, of aanmeldformulieren zo aan te passen dat het maximale bedrag
waarover de MIA kan worden verkregen automatisch wordt ingevuld afhankelijk van
het opgegeven voertuigsoort.
Reactie Van Rij
Uit het onderzoek volgt dat de MIA in 2020 de uitstootvrije taxibussen op TCO
competitiever maakt ten opzichte van de fossiele alternatieven. De regeling
blijkt daarmee doeltreffend te zijn. Tegelijkertijd laat het onderzoek zien dat
kleine uitstootvrije personenautotaxi’s ook zonder de MIA in totale
gebruikskosten gunstiger zijn dan de fossiele alternatieven, maar dat de
aanschafkosten nog altijd hoger zijn. In dat opzicht kent de MIA voor kleine
uitstootvrije personenautotaxi’s naar verwachting een hoog aandeel free-riders.
Dat betekent dat voor taxibedrijven die elektrisch rijden de MIA vaak niet
doorslaggevend was in de investeringsbeslissing. Het kabinet wil dan ook bezien
of stimulering van uitstootvrije personenautotaxi’s efficiënter kan worden
vormgegeven, zo laat Van Rij weten in reactie op het onderzoek.
De aanbeveling van het onderzoeksbureau om de effectiviteit van de MIA voor
uitstootvrije personenautotaxi’s en taxibussen te vergroten zijn volgens de
staatsecretaris inmiddels grotendeels overgenomen. Zo heeft RVO als uitvoerder
van de MIA voor de Milieulijst 2022 reeds de volgende acties uitgevoerd:
- in het aanvraagformulier wordt bij de elektrisch aangedreven taxi de ondernemer gewezen op de mogelijkheid van een hoger fiscaal voordeel en hoger aftoppingsbedrag bij de elektrisch aangedreven taxi met 9 zitplaatsen of voor rolstoelvervoer;
- op de RVO-website is een extra verduidelijking aangebracht over de in te vullen taxicodes bij het aanvragen van de MIA;
- daarnaast is een overzichtslijst ingevoerd, om ondernemers te helpen inzicht te krijgen in welke voertuigen welk voordeel en welk aftoppingsbedrag hebben.
RVO is overigens niet bevoegd om aanmeldformulieren zo aan te passen dat het
maximale bedrag automatisch wordt ingevuld. Deze aanbeveling van het onderzoek is
daarom niet overgenomen.
In 2022 wordt de gehele MIA over de periode 2017-2021 geëvalueerd, waarbij
onder andere aandacht wordt besteed aan de gebruiksvriendelijkheid van de MIA,
de dynamiek van de Milieulijst, het aandeel free-riders en de doelmatigheid en
doeltreffendheid van de regeling. De Tweede Kamer zal hierover begin 2023 worden
geïnformeerd, aldus Van Rij.
Inzichten uit de evaluatie van de MIA dragen ook bij aan een eventuele
aanpassing van de huidige stimulering via de MIA van de uitstootvrije
personenautotaxi‘s en taxibussen. Na afronding van de MIA-evaluatie zal het
kabinet de door CE Delft geschetste alternatieven voor financiële
tegemoetkoming voor uitstootvrije taxi’s bezien, zodat de omvang bij aankoop
van het voertuig al bekend is en waar mogelijk dichter aansluit bij het
investeringsmoment. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan het verschil van
noodzaak voor ondersteuning tussen de uitstootvrije personenautotaxi’s en
taxibussen.
Kijk voor meer informatie op: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2022/06/03/kamerbrief-onderzoek-mia-uitstootvrije-personenautotaxis-en-taxibussen
Contactgegevens
InnoFunding B.V.
Nieuwe Gracht 7
2011 NB Haarlem
Mail: info@innofunding.nl